Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dies vreesden de mannen den HEERE [met] grote vreeze; en zij [44]slachtten den HEERE slachtoffer, en [45]beloofden geloften. 44. Als zij behouden waren overgekomen, dankten zij dien God met offeranden, die zij bevonden hadden de bewerker te zijn van dat grote onweder en de stilling van dat, en vervolgens van hun wonderlijke behoudenis. 45. Verg. onder hfdst.2 vs.9, met de aantekening.